Help with Search courses

CASUS Bunny: De gebeten hond

Bij koptrauma patiënten zijn er doorgaans geen grote moeilijkheden als het gaat om differentiaaldiagnoses. De anamnese of bevindingen in het algemeen onderzoek zijn dikwijls al zeer suggestief. Wil dat echter zeggen dat diagnostische testen niet aan de orde zijn? Uiteraard niet! Zowel voor het inschatten van de ernst als voor het bepalen van een gerichte therapie  zijn diagnostische testen van groot belang.

Welke stappen moeten er worden gezet? Hoe haalt u de juiste informatie uit de anamnese en het klinisch onderzoek, welke aanvullende diagnostiek is zinvol, hoe monitort u de patiënt en wat vertelt u de eigenaar?

Deze casus over de 10-weken oude Bunny biedt een mooi voorbeeld van een hond met koptrauma. De anamnese biedt enig houvast, maar hoe erg is het eigenlijk gesteld met de patiënt? Stap voor stap wordt u meegenomen in de diagnostiek en het plan van aanpak voor deze pup.

Wat is de ernst van het koptrauma bij Bunny en wat kunt u voor honden zoals Bunny betekenen? U ziet en leest het in deze casus!

CASUS Duke: Help, is mijn hond nu al oud?

“Mijn hond begint oud te worden!” Dit is een vaak gehoorde opmerking van eigenaren in de praktijk. Sneller moe, meer hijgen, niet meer zo hard rennen als voorheen, eerder gaan zitten of zelfs door de achterhand zakken, niet meer goed optillen van de poten … belangrijke klinische afwijkingen die u niet zomaar mag wegschuiven onder het kopje ‘ouderdom’!

Patiënten met een verminderd uithoudingsvermogen kunnen diverse aandoeningen van heel verschillende orgaansystemen hebben. Een goed klinisch onderzoek is cruciaal bij het vinden van het juiste pad tot de diagnose en een uitgebreide anamnese is daarbij vaak al de helft van het werk.

Maar hoe haalt u de juiste informatie uit de anamnese en het klinisch onderzoek, welke aanvullende diagnostiek is zinvol en wat vertelt u de eigenaar?

Deze casus biedt een mooi voorbeeld van een hond met ‘verminderd uithoudingsvermogen’. Stap voor stap wordt u meegenomen in de diagnostiek en behandeling van deze hond.

Welke diagnose kunnen we uiteindelijk stellen en wat kunnen we voor de hond betekenen? U ziet en leest het in deze casus!

CASUS Tibbe: Waarom loopt hij zo moeizaam?

Patiënten die moeite hebben met lopen kunnen lijden aan allerlei orthopedische, metabole, cardiovasculaire en neurologische aandoeningen. Het kan een heel traject zijn om uit te vinden wat er nou precies scheelt, zeker als de patiënt al op leeftijd is en ‘algemene’ zaken zoals artrose vaak een rol spelen.

Welke stappen moeten er worden gezet? Hoe haalt u de juiste informatie uit de anamnese en het klinisch onderzoek, welke aanvullende diagnostiek is zinvol en wat vertelt u de eigenaar?

Deze casus met video's over Tibbe biedt een mooi voorbeeld van een hond met chronisch progressieve klachten van moeite met lopen, vooral in de achterhand. Een rugprobleem is zeer waarschijnlijk, maar van welke aard? Stap voor stap wordt u meegenomen in de diagnostiek en het plan van aanpak voor deze hond.

Welke diagnose is uiteindelijk passend bij deze patiënt en wat kunt u voor honden zoals Tibbe betekenen? U ziet en leest het in deze casus!

ATAXIE: Vestibulair, cerebellair of proprioceptief / spinaal?

Er bestaan drie verschillende vormen van ataxie en onderscheid hierin is relevant voor het kunnen stellen van de anatomische diagnose.

CASUS Flip: Kan een hond met dit soort ernstige verschijnselen nog wel herstellen?

Patiënten met acute neurologische klachten kunnen zowel voor de eigenaar als voor de dierenarts erg alarmerend zijn. De vaak vreemde en verontrustende verschijnselen die deze patiënten vertonen, zoals plotseling niet meer normaal kunnen bewegen, zijn meestal aanleiding om snel stappen te willen ondernemen.

Maar welke stappen moeten er worden gezet? Hoe haalt u de juiste informatie uit de anamnese en het klinisch onderzoek, welke aanvullende diagnostiek is zinvol en wat vertelt u de eigenaar?

Deze casus biedt een mooi voorbeeld van een hond met een ernstige acute evenwichtsstoornis, een in de praktijk veelvoorkomende klinisch neurologische presentatie. Stap voor stap wordt u meegenomen in de diagnostiek en behandeling van deze hond.

Kan een hond met dit soort ernstige verschijnselen nog wel herstellen? U ziet en leest het in deze casus!

Abnormale neurologische houdingen bij de hond en kat

”Ik zie het al: het is Schiff-Sherrington” … een vaak gehoorde uitspraak, maar wat moet u precies zien om correct te kunnen spreken van het Schiff-Sherrington fenomeen? En hoe zit het met andere, veel gebruikte termen … past u die op een juiste manier toe?

De veterinaire neurologie zit vol met terminologie omtrent uiterlijk waarneembare verschijnselen. De betekenis daarvan kan van groot belang zijn voor de neurolokalisatie, voor het achterhalen van eventuele onderliggende oorzaken, voor het bepalen of doorverwijzing verstandig is, en zelfs voor het inschatten van de prognose. Het herkennen van een set aan abnormale neurologische houdingen is dan ook niet alleen relevant voor een specialist neurologie, maar zeker ook voor een eerstelijnspracticus!

Dit praktische artikel focust op enkele typische houdingen bij neurologiepatiënten. Kort gezegd: “Wat zie ik?” / “Wat is het?” / “Wat betekent het?” / “Wat moet ik ermee?”. Het is daarmee tevens een makkelijk toegankelijk naslagwerk voor in de praktijk.

Als het gaat om het herkennen van beelden, dan mag beeldmateriaal uiteraard niet ontbreken! Dit artikel is daarom ruimschoots voorzien van foto’s, schematische afbeeldingen en video’s. Heeft u het artikel gelezen en bent u benieuwd of u de afwijkende neurologische houdingen herkent? Maak dan de bijbehorende quiz!

Atlantoaxiale instabiliteit bij de hond

De populariteit van kleine terriërs en rassen als de Chihuahua, maakt kennis van veelvoorkomende aandoeningen bij deze honden van groot belang. Een aantal neurologische aandoeningen komt veelvuldig voor, zoals hydrocephalus, Chiari-like malformatie en atlantoaxiale instabiliteit.

De laatste jaren is dankzij CT en MRI onderzoeken duidelijk geworden dat er veel varianten bestaan van problemen met de eerste paar cervicale wervels en het cranium; ‘craniocervical junction abnormalities’ genoemd.

Atlantoaxiale instabiliteit is hier een belangrijk voorbeeld van. Maar wat houdt het precies in en wat is de oorzaak? Hoe worden deze patiënten gepresenteerd? En belangrijk: wat kunnen we eraan doen?

VetVisuals biedt antwoord! Met behulp van dit artikel bent u helemaal op de hoogte van alle informatie die u in de praktijk nodig heeft.

Bonus: Naast de theorie wordt een casus beschreven, om te illustreren hoe u de diagnose in de praktijk kunt stellen.

Een goed resultaat met bijbehorende assessment en het lezen van het bijbehorende artikel levert u een nascholingsbadge met 1 Nascholingspunt op!

Neurologisch onderzoek zonder hoofdbrekens

Veel dierenartsen haken af zodra het gaat om een neurologische patiënt en dat is zonde! Ook in de eerstelijns praktijk kunt u heel veel voor het dier en de eigenaar betekenen. Hoogste tijd dus om de neurologie tot een geliefder onderwerp te maken. De eerste stap daarbij is het wegnemen van veel voorkomende vragen en twijfels, zoals:

 

  • Wanneer voert u welke houdingsreacties uit?
  • Moeten altijd alle spinale reflexen worden beoordeeld?
  • Wat is het verschil tussen vestibulaire-, cerebellaire- en proprioceptieve ataxie?
  • Hoe interpreteert u afwijkende kopzenuwfuncties?
  • Op welke manier onderscheidt u een centraal- van een perifeer vestibulair syndroom?
  • Wat is het verschil tussen upper motor neuron en lower motor neuron problemen?
  • Wat voor gevolgen kunnen spinale lesies hebben op het functioneren van de blaas?
  • Hoe bepaalt u uiteindelijk wat de neurolokalisatie is?
  • Op welke manier stelt u een DDx op en hoe kunt u prioriteren in deze waslijst?
  • Is MRI altijd de beste oplossing?
  • Wat kunt u doen als een eigenaar weinig financiële mogelijkheden heeft voor aanvullend onderzoek?

 

Kunt u in de praktijk vaak niet helemaal uit de voeten met de (soms wat te theoretische) inhoud van neurologische boeken? Dan is dit artikel iets voor u. Gedetailleerd, maar toch praktijkgericht en voorzien van veel praktische voorbeelden en tips. Op naar een neurologisch onderzoek zonder hoofdbrekens!

Een goed resultaat met bijbehorende assessment en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 2 Nascholingspunten op!

Discospondylitis

Discospondylitis is een belangrijke differentiaaldiagnose voor pijnlijke aandoeningen van de wervelkolom bij de hond en kat. Wanneer staat deze aandoening hoog op de lijst van differentiaaldiagnoses? Het is van groot belang dat de diagnose vroegtijdig wordt gesteld. In de eerstelijnskliniek is de diagnose met aanvullend onderzoek in veel gevallen goed te stellen, maar hoe doen we dat precies? Waarmee en hoe lang behandelen we een patiënt? Wat zijn de indicaties voor chirurgische behandeling? Welke factoren zijn van invloed op het verloop van de aandoening en wat kunt u de eigenaar vertellen over de prognose? Zijn er nog volksgezondheidsrisico’s verbonden aan agentia die discospondylitis kunnen veroorzaken?

Bekende valkuilen betreffende patiënten met een discospondylitis zijn het onvolledig diagnosticeren van het probleem, het instellen van een onjuiste of te korte therapie en het niet herkennen van indicaties voor chirurgie.

Wilt u geen dier met deze aandoening missen en wilt u de juiste keuzes maken in de opwerking van de patiënt? Lees dan dit artikel.

Een goed resultaat met deze quiz en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 1 Nascholingspunt op!

Chiari-like malformation en syringomyelie bij de hond

Chiari-like malformation (CM): een welbekende term binnen de diergeneeskunde en een die veel vragen oproept. De Rashondenwijzer bestempelt CM / syringomyelie als een zeer ernstige aandoening, vooral vanwege de kans op chronische pijn. Het eerste ras waaraan menig dierenarts zal denken bij het horen van deze term is de Cavalier King Charles Spaniel, waarbij deze malformatie bij praktisch ieder individu voorkomt. Is dit eigenlijk het enige ras waarbij deze ‘malformatie’ een rol speelt? Is syringo(hydro)myelie (SM) een synoniem voor deze malformatie of niet? Wat deze termen inhouden en wat de klinische relevantie ervan is voor de eerstelijnspracticus leert u in dit artikel.

Wat zijn klinische klachten die honden met deze aandoeningen kunnen vertonen? Wat kunnen we eraan doen en met welk doel grijpen we in? Kunnen we alleen medicamenteus iets doen of is doorsturen voor chirurgisch ingrijpen nog een optie? Na het lezen van dit artikel bent u op de hoogte van de belangrijkste informatie over CM en SM en kunt u vragen van een bezorgde eigenaar beantwoorden.

Een goed resultaat met deze quiz en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 1 CPD-punt op!

Myasthenia gravis

Myasthenia gravis: iedereen heeft er tijdens de opleiding wel van gehoord en veel clinici zullen het (wellicht ongemerkt) al eens tegen zijn gekomen tijdens hun werk. Myasthenia gravis is de meest voorkomende neuromusculaire aandoening bij de hond en komt tevens voor bij de kat en is een van de best beschreven auto-immune aandoeningen binnen de humane en veterinaire geneeskunde.

Het verband tussen de pathogenese en het klinisch beeld is op papier vrij duidelijk te leggen als het om de meest typische symptomen gaat. Dat het klinisch een lastig te diagnosticeren aandoening kan zijn, wordt wel duidelijk uit de bijnaam ´the great imitator´. Naar verwachting wordt het ziektebeeld dan ook onder gediagnosticeerd. Het is echter een van de weinige immuungemedieerde aandoeningen waar een zeer geschikte test voor bestaat om de diagnose rond te krijgen. Om de kans op het missen van de aandoening te verkleinen, is het verstandig om bij elke patiënt met tekenen van oesofageale dysfunctie (regurgiteren) diagnostiek naar myasthenia gravis te verrichten.

De prognose is sterk afhankelijk van een kloppende en snelle diagnose, de motivatie van de eigenaar, de ernst van de aandoening, de mogelijkheden voor optimale therapie, en de respons op behandeling van de myasthenia gravis zelf en van de complicerende factoren (zoals een verslikpneumonie). Daarnaast is er een groot verschil tussen de hond en de kat; wist u bijvoorbeeld dat - in tegenstelling tot de kat - een groot deel van de honden met myasthenia gravis in remissie gaat (tot wel zo’n 90%)? 

Hoogste tijd om de belangrijkste zaken voor u op een rijtje te zetten:

  • Wat houdt deze aandoening precies in?
  • Wat zijn de meer en minder voorkomende verschijningsvormen?
  • Hoe stelt men de diagnose?
  • Wat zijn de behandelmogelijkheden?
  • Hoe is de prognose voor de hond en kat?

Een goed resultaat met deze quiz en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 1 CPD-punt op!

Tussenwervelschijfdegeneratie

Tussenwervelschijfdegeneratie is een veelvoorkomende aandoening bij de hond (en mens). Mede omdat deze aandoening de maatschappij jaarlijks miljarden kost en de kwaliteit van leven negatief beïnvloedt, is er veel wetenschappelijke (en commerciële) interesse in het achterhalen van de oorzaken en het vinden van nieuwe therapeutische mogelijkheden. Op internet is daarom veel te vinden over deze aandoening (type maar eens op YouTube ‘intervertebral disc’ in; + ’dog’ voor veterinaire cases en informatie).

Het ontwikkelen van klachten ten gevolge van deze degeneratie is variabel en klinische klachten lopen sterk uiteen in ernst en type. Degeneratie speelt een grote rol bij de ontwikkeling van een hernia nuclei pulposi (HNP) en de daaraan gelinkte neurologische symptomen door betrokkenheid van het ruggenmerg en de spinale zenuwen. Diverse hondenrassen zijn gepredisponeerd voor tussenwervelschijfdegeneratie. Hondenrassen worden dikwijls onderverdeeld in chondrodystrofe (CD) en non-chondrodystrofe (NCD) rassen met betrekking tot tussenwervelschijfproblematiek. 

Wat zijn de mechanismen die betrokken zijn bij tussenwervelschijfdegeneratie? Wat zijn mogelijke gevolgen? Hoe diagnosticeren we degeneratie van de tussenwervelschijf en de gevolgen daarvan? Wat doen we eraan? Deze vragen en meer worden belicht in dit drieluik.

Deel I gaat allereerst in op de anatomie en fysiologie. Daarna wordt uitgebreid het begrip degeneratie besproken en worden de consequenties daarvan belicht. De informatie in dit deel maakt een beter begrip van de mogelijke klinische presentatie en de diagnostische methoden mogelijk.

Met de kennis van fysiologie en pathogenese in het achterhoofd, is de stap naar de klinische presentatie en de kernpunten in het lichamelijk onderzoek goed te maken.

In deel II worden eerst de algemene symptomen beschreven, waarna het klinisch-neurologisch onderzoek stap voor stap wordt doorgenomen met specifieke aandachtspunten voor wat betreft tussenwervelschijfaandoeningen. De diagnostische mogelijkheden komen daarna aan bod.

De diagnose is rond: wat nu?

In deel III worden de therapie en prognose van tussenwervelschijfdegeneratie en HNP bij de hond besproken. De grote vraag is vaak: opereren of niet opereren? Diverse factoren spelen bij het beantwoorden van die vraag een rol. Zowel conservatieve als chirurgische behandelopties komen aan bod. Statistische gegevens, voor zover bekend, over de prognose geven een beeld van de verwachtingen in relatie tot de presentatie van de patiënt.

Een goed resultaat met deze quiz en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 1 CPD-punt op!

Vestibulaire aandoeningen bij de hond en kat

Neurologie was op de Voorjaarsdagen 2016 een van de grote thema’s. Prof. Dr. Simon R. Platt (BVM&S MRCVS DACVIM (Neurology) DECVN, College of Veterinary Medicine, University of Georgia, USA) gaf diverse interessante lezingen en hij wist daarbij de aandacht goed vast te houden door een interactieve manier van presenteren en goede, Engelse humor. Een belangrijke boodschap was dat in de veterinaire neurologie lang niet alles evidence based is.

Het is echter wel van belang op de hoogte te zijn van de kennis die er wel is. Daarnaast gaf de zeer ervaren Ruth Dennis (MA, VetMB, DVR, DipECVDI, MRCVS, RCVS and European Specialist in Veterinary Diagnostic Imaging, Head of diagnostic imaging at the Animal Health Trust U.K.) lezingen over de rol van diagnostische beeldvorming bij neurologische aandoeningen. Een van de onderwerpen waar Simon Platt over uitweidde was de groep van vestibulaire aandoeningen bij de hond en de kat.

Dit artikel bespreekt het klinische beeld en de oorzaken van vestibulaire aandoeningen uitvoerig aan de hand van wetenschappelijke literatuur en tips en opmerkingen van Simon Platt. Daarnaast wordt aan de hand van literatuur en opmerkingen van Ruth Dennis ingegaan op de diagnostische mogelijkheden; specifiek de rol van beeldvorming (waaronder röntgenfoto’s).

Epilepsie bij de hond en kat

Het is een van de meest voorkomende redenen voor dieren om bij de dierenarts gepresenteerd te worden voor een neurologisch probleem: epilepsie / epileptiforme aanvallen. Wist u dat de prevalentie van epilepsie bij honden (totale populatie) geschat wordt op ongeveer 0.7%? En dat het bij sommige rassen de 10% (!) nadert? Ook de prevalentie bij de kat is veel hoger dan vroeger werd gedacht. De cijfers liegen er niet om: de eerstelijnsdierenarts kan niet zonder up-to-date kennis en kunde omtrent epilepsie.

In dit artikel vindt u de informatie die u nodig heeft om dieren met epilepsie / epileptiforme aanvallen goed op te werken. Wanneer spreken we van epilepsie? Wat kunnen we qua diagnostiek? Hoezo ‘MRI’? En is die video van de eigenaar niet voldoende voor de diagnose?

Natuurlijk wilt u weten hoe u een patiënt met epilepsie het beste kunt behandelen. Therapie komt daarom ook duidelijk aan bod. Maar wat is het doel van de behandeling? En wanneer is er sprake van ‘succesvolle therapie’?

Ook communicatie is een cruciaal onderdeel van de behandeling van een epilepsie patiënt. Hoe kunt u aan een eigenaar duidelijk maken wat er speelt? Wat moet een eigenaar weten en beseffen als ze een dier met epilepsie hebben? Hoe kunt u hen en hun dier het beste helpen? Na het lezen van dit tweeluik kunt u met deze vragen uit de voeten.

Het eerste artikel bespreekt de terminologie, het voorkomen en de diagnostiek van epilepsie.

Het tweede artikel bespreekt de therapie en prognose van patiënten met epilepsie.

 

Meningo-encefalitis van onbekende oorsprong

We worden allemaal wel eens geconfronteerd met patiënten waarbij vage en/of ernstige centraal neurologische verschijnselen zijn opgemerkt. In de spoeddiensten, maar ook tijdens gangbare werktijden. Een wat onderbelichte groep van aandoeningen van het zenuwstelsel is de non-infectieuze, inflammatoire groep van centrale zenuwstelselaandoeningen. Hierin vallen de meningo-encefalitiden van onbekende oorsprong. Wat kenmerkt deze aandoeningen? Hoe presenteren deze patiënten zich? Wat moet men met dergelijke patiënten aan in de eerstelijnspraktijk?

Nieuwe inzichten uit recente publicaties worden belicht in dit artikel, getiteld ‘meningo-encefalitis van onbekende oorsprong’.  Take-home messages zijn:

  1. Meningo-encefalitis van onbekende oorsprong wordt bij steeds meer rassen gevonden - verouderde of populaire naamgeving, zoals ‘Pug Dog Encephalitis’, kan verwarrend zijn.
  2. In de eerstelijnskliniek moet vaak worden omgegaan met beperkte mogelijkheden in de diagnostiek en komt het dikwijls aan op beredeneerd instellen van een eerste therapie. Adequate begeleiding, monitoring en vervolgens aanpassing is hierbij van groot belang en kan al in vroege stadia van levensbelang zijn.
  3. Prognoses variëren sterk binnen deze groep aandoeningen en tussen patiënten. Omdat er echter in vrijwel alle gevallen slechts waarschijnlijkheidsdiagnoses gesteld kunnen worden, kan de eerstelijnsclinicus zich het beste richten op datgene dat hij/zij wel kan doen, in plaats van zich te verliezen in onzekere vooruitzichten. Het is zeker niet hopeloos.

Een goed resultaat met deze quiz en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 1 CPD-punt op!

Kauwspiermyositis bij de hond

Primaire spieraandoeningen bij hond en kat worden steeds beter in beeld gebracht door vorderend onderzoek. Zo zijn diverse vormen van spierdystrofie beschreven bij de hond en kat. Een van de meest voorkomende primaire spieraandoeningen bij de hond betreft een aandoening van een zeer specifieke en unieke groep spieren: de kauwspieren. De Nederlandse term kauwspiermyositis wordt gebruikt als aanduiding voor deze immuungemedieerde aandoening.

Dit artikel geeft een overzicht van deze aandoening. De quiz test uw kennis! Herkent u de klinische verschijnselen van deze aandoening? Wat zijn valkuilen die leiden tot het missen van de diagnose? Wanneer en hoe stellen we een juiste behandeling in? Dit artikel geeft handvatten om KSM te herkennen, te diagnosticeren en te behandelen. Na het lezen kunt u patiënten een optimale kans op restloos herstel bieden en eigenaren zo goed mogelijk informeren.

Een goed resultaat met deze quiz en het lezen van het bijbehorend artikel levert u een nascholingsbadge met 1 nascholingspunt op!

Degeneratieve Myelopathie

Amyotrofische laterale sclerose ofwel ALS bij mensen is een tijd terug nadrukkelijk in de publiciteit geweest

Deze progressieve neuromusculaire aandoening wordt ook wel Lou Gehrig’s disease genoemd, naar een bekende honkballer van de New York Yankees (overleden op 37-jarige leeftijd aan ALS). Andere namen zijn ‘de ziekte van Charcot’ en ‘motor neuron disease’.

De ernstige verschijnselen (demobiliserend en leidend tot de dood) en progressieve aard van de ziekte, in combinatie met het behoud van verstandelijke capaciteiten, zijn voor mensen desastreus.

 

Degeneratieve myelopathie (DM), een ziekte die voorkomt bij honden (en andere diersoorten), lijkt in veel aspecten op deze aandoening. De veronderstelde genetische basis, in combinatie met de eveneens progressieve aard en ernst van de verschijnselen, maakt kennis van deze aandoening voor dierenartsen essentieel!

Bij welke honden komt het voor en hoe uit de ziekte zich? Hoe stelt u de diagnose en heeft een waarschijnlijkheidsdiagnose van DM gevolgen voor het fokbeleid? Wat kunt u voor de hond en eigenaar betekenen? Dit artikel biedt u de informatie die u in de praktijk nodig heeft!

 

Stroke (hersenberoerte) bij de hond en kat bestaat echt!

Tijdens het South European Veterinary Congress in Barcelona oktober 2014 werd door Richard LeCouteur (BVSc, PhD, Diplomate ACVIM (Neurology), Diplomate ECVN Department of Surgical & Radiological Sciences, School of Veterinary Medicine, University of California, Davis) een boeiende voordracht gehouden over cerebrovasculaire aandoeningen bij de hond en kat. De vraag of een stroke, ook wel hersenberoerte genoemd, voorkomt bij honden en katten stond hierin centraal en kon worden beantwoord met een duidelijk JA.

In twee opeenvolgende artikelen wordt een overzicht geboden van de hoogtepunten van deze lezing gecombineerd met de meest recente literatuur over de twee vormen van stroke, te weten ischemische stroke en hemorrhagische stroke.

Het 1e gedeelte handelt over de pathofysiologie, de prevalentie en de symptomen van ischemische en hemorrhagische stroke. Het 2e gedeelte gaat in op de diagnostiek, de therapie en de prognose van beide vormen van stroke.

Bewegingsstoornissen

Eerder heeft u kunnen lezen over de nieuwe inzichten in epilepsie bij honden en katten. Op het 28ste congres (2015) van de ESVN-ECVN (Neurologie), gehouden in Nederland, was er echter ook veel aandacht voor het eigenlijke hoofdthema: ‘movement disorders’. Bij dieren zijn, net als bij mensen, inmiddels diverse beelden herkend als bewegingsstoornissen. Deze term is erg breed en het jargon dat gebezigd wordt om bewegingsstoornissen te beschrijven is soms verwarrend. Humane en veterinaire specialisten spraken op het congres over een veelvoud aan klinische beelden die zij tegenkomen in de kliniek en die zij hebben gezien op videobeelden. Classificatie van bewegingsstoornissen bleek daarbij een cruciaal punt te zijn. Het doel van classificeren van bewegingsstoornissen is het verkleinen van de differentiaaldiagnoselijst. Echter, veterinair gezien brengt classificatie ons op dit moment minder ver dan humaan het geval is. Het blijft echter van belang, omdat classificatie ons dwingt bewegingsstoornissen uitvoerig te beschrijven en omdat het belangrijke data oplevert voor onderzoek naar bijvoorbeeld prevalenties. Dit tweedelige artikel bespreekt de basis van zogenaamde bewegingsstoornissen, de terminologie die wordt gehanteerd en een scala aan veterinair herkende beelden.

Scottie cramp

Zowel bij mensen als dieren worden bewegingsstoornissen gediagnosticeerd. De officieel gebezigde term is ook wel ‘paroxysmale dyskinesie’ wat zich laat vertalen als een plotseling optreden van abnormale (onvrijwillige) bewegingen. Deze kunnen soms verward worden met epilepsie, maar een belangrijk kenmerk van de onvrijwillige bewegingen die de bewegingsstoornissen (Engels: Movement disorders or paroxysmal dyskinesia) karakteriseren, is dat deze niet gepaard gaan met een vermindering of verlies van bewustzijn.

Enkele van deze opmerkelijke aandoeningen zijn erfelijk, hoewel verkregen (bijvoorbeeld door medicamenten) vormen ook wel worden beschreven. Een van de rasgebonden, erfelijke bewegingsstoornissen is de ‘Scottie (/-y) cramp(s)’ die gezien wordt bij de Schotse Terriër. Deze aandoening kan differentieel diagnostisch verward worden met bijvoorbeeld patellaluxatie, iets wat ook veelvuldig wordt gezien bij dit ras.

Wat is Scottie cramp precies? Wat zijn de symptomen en kan of moet er iets aan worden gedaan? Aan de hand van (recent verschenen) literatuur wordt het fenomeen in dit artikel uitvoerig beschreven

FCE: een belangrijke differentiaal diagnose bij acute neurologische verschijnselen

Acute neurologische verschijnselen bij de hond en kat zorgen vaak voor paniek bij de eigenaar. Of het nou een epileptiforme aanval is of het plots optreden van vestibulaire verschijnselen. Ook acute paralyse posterior maakt vaak grote indruk op de eigenaar. Naast trauma (zoals een aanrijding) en hernia nucleus pulposus, is er nog een belangrijke differentiaal diagnose in de vasculaire hoek: Fibrocartilaginous embolic myelopathy, afgekort tot FCEM.

Wat is het en wat moet je er als dierenarts mee? Dit artikel bespreekt wat erover bekend is en heeft tot doel dat deze differentiaal diagnose niet vergeten wordt bij de presentatie van een patiënt met acute neurologische verschijnselen.

Healthy ageing

Op het november congres 2017 in Helsinki van de European Society of Veterinary Neurology en European College of Veterinary Neurology werden ook dit jaar weer veel nieuwe inzichten gepresenteerd op diverse gebieden in de veterinaire neurologie.

Het algemene thema was 'Healthy ageing'. Er is dan ook veel tijd besteed aan belangrijke verouderingsprocessen in het centrale zenuwstelsel bij mens en dier. Voor de clinicus waren de onderzoekspresentaties nog relevanter. Diverse nieuwe ontwikkelingen op het gebied van bijvoorbeeld de behandeling van een patiënt in status epilepticus, prevalenties van infectieuze aandoeningen en diagnostische mogelijkheden werden gepresenteerd. Steeds meer puzzelstukjes binnen de veterinaire neurologie vallen op hun plaats!

Welke nieuwe kennis die tijdens het congres gepresenteerd werd, is specifiek van belang voor de eerstelijnspracticus? Zijn er aanleidingen om de eerstelijns aanpak van bepaalde patiënten aan te passen? Is intranasale toediening van midazolam bijvoorbeeld beter in het couperen van een epileptische aanval dan rectale toediening van diazepam?

Wilt u op de hoogte zijn van deze nieuwste ontwikkelingen? Lees dit artikel!

Nieuwe inzichten in epilepsie

Donderdag 17 september tot en met zaterdag 19 september 2015 werd het 28ste symposium van de ESVN-ECVN (Neurologie) gehouden in Nederland, getiteld ‘Moving on’ met als thema ‘movement disorders’. De diversiteit aan sprekers, grote aantallen specialisten in opleiding en veelvoud aan ‘short presentations’ met de nieuwste onderzoeksresultaten maakten het symposium een groot succes.

Nieuwe inzichten werden besproken: de veranderingen daarin zijn ook voor practici (met interesse in de neurologie) van groot belang. Dit artikel heeft tot doel deze nieuwe inzichten te delen.

Complicaties en contra-indicaties van CSF verzameling bij de hond en kat

De cerebrospinale vloeistof speelt binnen de diagnostiek van aandoeningen van het centrale zenuwstelsel een bescheiden, maar tevens belangrijke rol. Bijvoorbeeld aandoeningen van infectieuze/inflammatoire oorsprong kunnen middels analyse van de liquor cerebrospinalis hoger of lager op de lijst van differentiaal diagnoses komen te staan. Het verkrijgen van de vloeistof is echter niet zonder risico’s en kan met complicaties gepaard gaan.

Wat zijn de contra-indicaties voor het verzamelen van liquor? Wat zijn de mogelijke complicaties? Dit en meer wordt in dit artikel besproken.

Wat is de rol van corticosteroïden in de behandeling van ischemische stroke bij de hond?

In november 2014 publiceerde  VetVisuals een tweedelig artikel over het voorkomen van beroertes ofwel ‘strokes’ bij honden en katten. Deel I handelde over de pathofysiologie, de prevalentie en de symptomen van ischemische en hemorragische stroke. Deel II ging in op de diagnostiek, de therapie en de prognose van beide vormen van stroke. In dit laatste deel staat genoemd: ‘Glucocorticoïden (GC) hebben geen bewezen positief effect in de behandeling van ischemische stroke. Vanwege de mogelijke bijwerkingen dienen deze middelen dan ook niet te worden gebruikt.’

PROTOCOL Status epilepticus bij de hond

Het doel van de medicamenteuze behandeling bij een status epilepticus is het beëindigen van zowel de klinische als de elektrische epileptische activiteit en het voorkomen van recidief. Deze therapie dient zo snel mogelijk te worden ingezet, aangezien de duur van de status epilepticus samenhangt met de uitgebreidheid van de schadelijke gevolgen voor het gehele lichaam. Het is verstandig om in uw praktijk een doseringstabel op te hangen, opdat snelle toepassing van de juiste middelen in de juiste dosering mogelijk is.

Dit protocol is onderdeel van het artikel 'Status epilepticus bij de hond: risico’s en spoed therapie'.

High-pitched sounds cause seizures in old cats

Top Tips for Performing Neurological Examination In The Cat

Cats are masters in hiding their clinical signs, and signs can be subtle in early stage of many neurological diseases. Plan the consultation in advance, allowing adequate time for the owner to take video recording of what they consider abnormal at home: “My cat is walking funny” or “I think my cat has a seizure”. Read here all the 10 tips including more than 20 videos!